Wat is het verschil tussen A en B-stroom?
De A-stroom is dus bedoeld als een grote gemeenschappelijke brede eerste graad, de b-stroom voor een kleine groep leerlingen met specifieke noden (bijvoorbeeld niet geslaagd in het lager onderwijs).
Wat betekent B-stroom?
B-stroom: Voor leerlingen zonder getuigschrift van het basisonderwijs. Je krijgt de kans de leerachterstand die je in het basisonderwijs hebt opgelopen zoveel mogelijk in te halen. Je wordt voorbereid voor het beroepssecundair onderwijs (bso).
Welke richtingen in B-stroom?
Studierichting “1e leerjaar B” 1B is bedoeld voor leerlingen die niet alle leerstof van de lagere school hebben begrepen en/of verworven. Vandaar dat, in de vakken Nederlands en wiskunde, de belangrijkste leerstof van het basisonderwijs wordt herhaald. Daarnaast krijg je veel techniek en praktijk.
Wat kan je doen in de B-stroom?
In de B-stroom krijg je de kans om de leerachterstand die je in het basisonderwijs opliep zoveel mogelijk in te halen. In 1B krijg je 27 uur basisvorming (algemene vakken). Daarnaast is er 5 uur keuzegedeelte. Als je slaagt in 1B krijg je een getuigschrift van de lagere school.
Kan je van 3 TSO naar 4aso?
Het kan zijn dat je kind in het secundair onderwijs wil veranderen van studierichting, onderwijsvorm (ASO, TSO, KSO, BSO) of leerjaar. Dit kan in dezelfde school zijn maar ook als je kind van school verandert.
Is TSO makkelijker dan aso?
Dat je een richting volgt in het beroepsonderwijs betekent niet dat het gemakkelijker is of dat je minder slim bent dan iemand die een opleiding volgt in het tso (of het aso). Wil je naast een vak leren ook je theoretisch-technische en je algemene kennis uitbreiden? Dan is een richting in het tso een goede keuze.
Wat na 2B?
Na 2B kan een leerling naar een arbeidsmarktgerichte studierichting van de tweede graad: ⦁ Mits een gunstige beslissing van de toelatingsklassenraad kan de leerling ook naar een studierichting doorstroom of dubbele finaliteit van de tweede graad.
Wat is verplichte remediëring?
» We verplichten scholen om leerlingen zowel in het eerste als het tweede jaar de mogelijkheid te bieden een aantal uren van het keuzegedeelte te besteden aan remediëring, op vraag van de leerling of opgelegd door de klassenraad, zowel op het einde van het jaar als tijdens het jaar.