Wat zijn de biologische Tekenregels?

Wat zijn de biologische Tekenregels?

De regels waar je je aan moet houden bij het maken van een biologische tekening zijn de volgende: Gebruik blanco tekenpapier. Teken en schrijf met een HB-potlood met een scherpe punt. Teken zo groot als het papier toelaat, minimaal 1/2 bladzijde per tekening.

Hoe teken je een biologische tekening?

Het maken van een biologische tekening

  1. Een tekening met linksboven op het tekenpapier: de titel, het aanzicht (buitenaanzicht, lengte- of dwarsdoorsnede, etc.),
  2. Teken precies wat je ziet;
  3. Maak de tekening niet te klein;

Wat zijn de teken regels?

Teken dun, zodat je een verkeerd getekende lijn onzichtbaar! kunt uitgummen. Teken groot (gebruik het hele papier). Teken wat je ziet, niet wat je denkt te moeten zien.

Waarom maken biologen vaak biologische tekeningen?

In de biologie proberen we organismen zo nauwkeurig mogelijk te bekijken. De beste manier om dit te doen, is de organismen te tekenen. Als je een organisme tekent, kijk je vanzelf heel nauwkeurig naar dat organisme.

Wat is het verschil tussen natuurgetrouw en schematisch?

Het verschil tussen een natuurgetrouwe tekening en een schematische tekening zit in de hoeveelheid details van de tekening. Bij een schematische tekening laat je de meeste details weg. Hierdoor kost het maken van een schematische tekening veel minder tijd dan het maken van een natuurgetrouwe tekening.

Hoe maak je een natuurgetrouwe tekening?

In een natuurgetrouwe tekening verwerp je veel meer details dan in een schematische tekening. Hierdoor kost het tekenen ook wat meer tijd. Je zorgt ervoor dat je het object zo realistisch mogelijk weergeeft. Hiermee leer je datgene wat je ziet heel precies uit te werken.

Hoe teken je een Huidmondje?

Werkwijze

  1. Vouw het blad van de tulp dubbel en breek het, scheur daarna het blad voorzichtig los. (
  2. Leg het doorzichtige vliesje in een druppel demiwater op een objectglas.
  3. Bekijk het preparaat onder de microscoop.
  4. Maak een schematische tekening van één huidmondje en enkele aangrenzende cellen.
  5. Benoem de onderdelen.