Wat voor soort kinderen worden gepest?

Wat voor soort kinderen worden gepest?

Sociale vaardigheden: Kinderen die minder prosociaal gedrag laten zien, hebben meer kans om gepest te worden. Kinderen die bijvoorbeeld goed kunnen onderhandelen, anderen helpen en steunen, zijn minder vaak het doelwit van pesters.

Wat zeg je tegen een pester?

Zeg, om zelfverzekerder over te komen, met een luide stem tegen de pestkop dat hij of zij moet stoppen. Als de pestkop opmerkingen blijft maken en je niet alleen laat als je hem of haar negeert, draai je dan naar de persoon toe en maak oogcontact met hem of haar. Zeg hardop ‘Stop!’ of ‘Hou op!’

Hoe kan ik mijn kind assertiever maken?

Voor zichzelf of een ander op durven komen, met respect voor anderen, is wat weerbaarheid bij je kind inhoudt. Maar ook grenzen aangeven, zelfstandig dingen doen en ‘nee’ durven zeggen tegen anderen. Door zijn zelfvertrouwen te vergroten, zal hij ook weerbaar worden.

Wat moet ik doen als mijn kind gepest wordt op school?

Als je op school gepest wordt kun je met je ouders praten, maar ook naar je mentor of de vertrouwenspersoon op school gaan. Samen kunnen jullie een oplossing zoeken. Je ouders kunnen ook een aantal dingen doen om het pesten tegen te gaan, zoals naar de schoolleiding gaan.

Wat te doen als je puber gepest wordt?

Wat kun je als ouder doen?

  1. Praat met je kind en onderneem actie om je kind te helpen.
  2. Praat met iemand op de plek waar er gepest wordt. Als dit op school is bespreek het dan met de leerkracht of de vaste coördinator van het pestbeleid op school (dit kan de bijvoorbeeld de vertrouwenspersoon zijn).

Wat zijn de vormen van pesten?

Welke vormen van pesten zijn er?

  • grapjes maken ten koste van een ander;
  • vervelende opmerkingen maken;
  • beledigen of schelden;
  • openlijk terechtwijzen;
  • negeren of sociaal isoleren;
  • gebaren maken;
  • roddelen;
  • kritiek uiten op iemands persoonlijke leven;

Waarom wordt mijn kind altijd gepest?

De meeste kinderen die gepest worden hebben een negatief zelfbeeld. Ze zijn vaak angstiger, onzekerder, gevoeliger en stiller. Hierdoor trekken ze zich terug of reageren ze soms wat aanvallend op anderen. Ze kunnen vaak minder makkelijk met andere kinderen omgaan en zijn minder weerbaar.