Hoe weet ik of ik longfibrose heb?
Onderzoek longfibrose Als u met verschijnselen van kortademigheid bij de longarts komt, zal deze een aantal onderzoeken laten doen. Er wordt altijd een longfoto, longfunctieonderzoeken (blaastesten), bloedonderzoek en meestal ook een bronchoscopie en een CT-scan gemaakt.
Welke soorten longfibrose zijn er?
De belangrijkste vormen van longfibrose zijn:
- Idiopathische longfibrose (IPF)
- Sarcoïdose.
- Longaantasting als gevolg van een systeemziekte of ontstekingsziekte zoals. Systeemsclerose. Reumatoïde artritis. Gewrichtsreuma.
Hoe begint longfibrose?
Symptomen zijn vage longklachten Symptomen die patiënten met IPF en andere vormen van longfibrose ervaren, waaronder kortademigheid, droge hoest en vermoeidheid, lijken op die van meer voorkomende long- en hartaandoeningen. Bresser: ‘Longfibrose wordt doorgaans moeizaam herkend door de eerste lijn artsen.
Hoe ernstig is longfibrose?
Bij longfibrose is het littekenweefsel blijvend: eenmaal beschadigd longweefsel kan niet meer herstellen. Er bestaat geen geneesmiddel voor longfibrose. Op dit moment zijn er alleen medicijnen die het ziekteproces kunnen vertragen. Longfibrose is een chronische ziekte die het leven ernstig kan bekorten.
Wat is de meest voorkomende vorm van longfibrose?
De meest voorkomende vorm van longfibrose is ‘Idiopathische Pulmonale Fibrose’, vaak afgekort als IPF. ‘Idiopathisch’ wil zeggen ‘zonder bekende oorzaak’. De oorzaak van IPF is dus onbekend. Vanuit wetenschappelijk onderzoek zijn er aanwijzingen dat deze vorm van longfibrose bij een klein deel van de patiënten erfelijk bepaald is.
Welke medicatie is voorgeschreven voor longfibrose?
Medicijnen die voorgeschreven zijn voor andere ziekten kunnen leiden tot longfibrose bij mensen die daarvoor gevoelig zijn. Soms treden de klachten pas op jaren nadat de medicatie is gestopt. Een bepaalde soort antibioticum dat voorgeschreven wordt bij blaasontstekingen (nitrofurantoine) is een bekend voorbeeld.
Hoe ontstaat longfibrose na radiotherapie?
Longfibrose na radiotherapie. Radiotherapie (bestraling) van de borstkas, bijvoorbeeld vanwege borstkanker of longkanker, kan leiden tot vorming van littekenweefsel in de longen. Enkele maanden na radiotherapie treden klachten op (radiatiepneumonitis). Wanneer deze niet goed herstellen, kan het later (soms pas na jaren) resulteren in fibrose.