Waarom kun je een lichtstraal die over je blad scheert zien?

Waarom kun je een lichtstraal die over je blad scheert zien?

Weerkaatsing van lichtBewerken Als licht invalt op een voorwerp, zal het licht terugkaatsen en van richting veranderen. Het is doordat licht weerkaatst wordt dat we voorwerpen die geen licht uitzenden (donkere lichamen), kunnen zien.

Wat is een donker voorwerp?

Donkere lichamen Alles wat van zichzelf geen licht kan geven, noemen we een donker lichaam. Die voorwerpen kunnen we enkel zien wanneer een lichtbron er licht op schijnt.

Hoe teken je een lichtstraal?

Teken de optische as (de blauwe lijn in de afbeelding hieronder), brandpunten en het voorwerp. Teken de lichtstraal door het optisch midden. Teken de lichtstralen evenwijdig aan de optische as door de brandpunten. Bepaal het snijpunt en teken het beeld.

Hoe weerkaatst het licht in een spiegel?

Het oppervlak van een spiegel weerkaatst het licht op dezelfde manier als het kaatsen van een bal op een vlakke muur. Dat komt omdat het oppervlak glad en glanzend is. De hoek waaronder het licht op de spiegel valt is precies even groot als de hoek waarmee het licht de spiegel weer verlaat.

Wat zijn positieve en negatieve lenzen?

Lenzen zijn stukken doorzichtig materiaal waar licht door van richting verandert. We maken onderscheid tussen 2 soorten lenzen. Positieve lenzen zijn bolle lenzen of lenzen die aan 1 kant bol zijn. Negatieve lenzen zijn lenzen die aan 1 of 2 kanten hol zijn.

Wat voor lichtstraal verandert niet van richting als deze op een lens valt?

Bij de overgang van lucht naar perspex breekt de lichtstraal naar de normaal toe: is ∟r dan kleiner dan ∟i. Bij de overgang van perspex naar lucht breekt de lichtstraal van de normaal vandaan: ∟r is groter dan ∟i. Lichtstralen die loodrecht op het perspex vallen, veranderen niet van richting.

Hoe kun je voorwerpen zien?

Op het netvlies zitten lichtgevoelige cellen. Als daar licht op komt geven deze cellen een signaal aan de hersenen. Een lichtbron is een voorwerp dat zelf licht geeft. We zien lichtbronnen omdat er lichtstralen direct vanaf dat voorwerp op je netvlies terechtkomen.

Welke voorwerpen kun je zien?

Onze ogen vangen dit licht op. Daarom kunnen we voorwerpen zien die zelf licht geven en voorwerpen, die het licht dat erop schijnt weerkaatsen. Als voorwerpen het licht niet weerkaatsen, zien we ze als zwart. Zwarte voorwerpen nemen dus ál het licht op.