Wat bevat veel purine?

Wat bevat veel purine?

5x purinerijke voeding

  • Vlees & vis. En dan met name orgaanvlees, rood vlees en bepaalde vis- en zeevruchten.
  • Bepaalde peulvruchten. In peulvruchten zitten vaak ook wat meer purines.
  • Alcohol.
  • Frisdrank & vruchtensap.
  • Sommige graanproducten.

Welk vlees eten bij jicht?

Beperk rood vlees, bewerkt(e) vlees en vleeswaren. Een belangrijke bron van purines is vlees. Een hogere vleesconsumptie geeft een hoger risico op jicht. Gebruik daarom niet meer dan 300 gram per week en per dag niet meer dan 100 gram. Onder rood vlees valt: rundvlees, varkensvlees en lamsvlees.

Wat is purine DNA?

Purines. In DNA maken het adenine en guanine waterstofbruggen met hun complementen, de pyrimidine-basen thymine (T) en cytosine (C). In RNA is in plaats van thymine uracil (U) het complement van adenine. Andere bekende purines zijn cafeïne, hypoxanthine, xanthine, theobromine en isoguanine.

Welk vlees niet bij jicht?

Het gaat om spiervlees van met name rood vlees (van rund, varken en lam) en orgaanvlees. Vis (behalve vette zeevis, zoals paling en makreel), garnalen en kreeft zorgen ook voor een stijging in urinezuur. Eet hiervan dus geen grote hoeveelheden.

Welk eten is goed voor jicht?

Zuur, base, purine Basisch vormende voeding kan daarentegen onbeperkt worden gegeten. Basisch vormende voeding is bijvoorbeeld groenten, fruit, pompoen, banaan, komkommer, augurk, tomaat, aardappel, aubergine, selderij. Het valt daarnaast ook aan te bevelen matig te zijn met voeding die veel purine bevat.

Wat is purine arm voedsel?

Niet te veel rood vlees, orgaanvlees, bepaalde vis, garnalen en kreeft. De meeste purines uit voeding hebben geen effect hebben op het urinezuurgehalte in het bloed. Toch zijn er een aantal voedingsmiddelen die het urinezuurgehalte wel laten toenemen.

Wat moet je eten als je jicht hebt?

Wat moet je wel en niet eten bij jicht?

  • Gezond gewicht bereiken en behouden. Dan maak je minder urinezuur aan.
  • Drink voldoende. 2 tot 3 liter water per dag.
  • Geen alcohol drinken. Door alcohol te drinken wordt meer urinezuur aangemaakt in de lever.
  • Geen producten met (veel) fructose.
  • Varieer in je voeding.