Inhoudsopgave
Hoe ontstaat mist Kinderuitleg?
Mist ontstaat wanneer de temperatuur van de lucht onder het dauwpunt zakt. Want dan condenseert de waterdamp in de lucht. Bijvoorbeeld tijdens een heldere nacht met een beetje wind. Door afkoeling van de grond ontstaan dan grondmist en mistbanken.
Hoe word het mistig?
Als warme, vochtige lucht over een kouder oppervlak stroomt, kan advectieve mist ontstaan. De warme lucht mengt met de koude lucht en koelt af. Daalt de temperatuur tot het dauwpunt, dan ontstaan dauwdruppeltjes in de met water verzadigde lucht. Deze condensatie veroorzaakt mist.
Hoe krijg je mist?
Ontstaan. Mist ontstaat als er veel waterdamp in de lucht zit en de aarde koud genoeg is. Dus als vochtige lucht snel afkoelt of als warme, vochtige lucht met heel koude lucht mengt. Mist ontstaat daarom vaak op plaatsen met water, dus bij een sloot of vijver.
Waarom is er geen mist in de woestijn?
Afkoeling is er in de woestijn meer dan voldoende onder de meestal heldere nachthemel (woestijnnachten kunnen opvallend koud zijn), máár: het ontbreekt in de woestijnlucht ten enenmale aan voldoende vocht in de lucht. De lucht is ‘kurkdroog’.
Vannacht is het in het noorden en midden bewolkt. Vooral in het midden is het nevelig met lokaal ook mist. Later volgt er in het zuiden ook meer (hoge) bewolking. De minima lopen uiteen van lokaal 3°C in het midden en oosten tot 7°C in het zuidoosten.
Hoe ontstaat mist aan de grond?
Stralingsmist. Tijdens een avond en nacht met weinig of geen bewolking en weinig wind koelt het aardoppervlak sterk af. Ook de lucht dichtbij de grond begint af te koelen. Koudere lucht kan minder vocht bevatten en daardoor wordt op een zeker moment het condensatiepunt bereikt en ontstaan waterdruppeltjes.
Waarom ontstaat mist vooral in de nacht?
We weten intussen dat mist vooral ontstaat door heldere weercondities tijdens de nacht, waarbij het fel kan afkoelen. Daarvoor moet de lucht voldoende tijd krijgen om af te koelen tijdens de nacht. Dat gebeurt typisch in de herfst (en winter), wanneer de dagen korter worden en de nachten steeds langer.