Inhoudsopgave
Waar komt het woord suikerspin vandaan?
Waar komt het woord suikerspindan wél vandaan? Een suikerspin is gemaakt van suiker, dus dat verklaart het eer- ste deel van het woord. Maar het tweede deel, spin, komt niet van het achtpotige diertje; het komt van het werkwoord spinnen, dat zoiets betekent als ‘door draaien een draad vormen’.
Waar bestaat een suikerspin uit?
Een suikerspin of gesponnen suiker is een door centrifugale krachten vervaardigd snoepgoed. De lekkernij ontstaat door warme gesmolten suiker in een speciale centrifuge door de middelpuntvliedende kracht tot draden te vormen en deze om een houten stokje te winden.
Hoe schrijf je suikerspin?
suikerspinnen (meerv.) Voorbeeld: `De kinderen kwamen in grote aantallen een suikerspin kopen. `
Waar komt suikerspin vandaan boek?
Specificaties
| Gewicht | 0,146 Kg |
|---|---|
| Uitgever | Thomas Rap |
| Auteur | INT en Genootschap Onze Taal |
| ISBN | 9789400407749 |
| Bindwijze | gelijmd |
Waar komt woord kapstok vandaan?
In kapstok heeft kap de nu verouderde betekenis ‘mantel’, die via ‘kapmantel’ uit ‘kap als hoofdbedekking’ is ontwikkeld; de stok was een horizontale stok waaraan pinnen waren bevestigd om kledingstukken aan op te hangen. Kapstok was dus oorspr. een doorzichtige samenstelling ‘stok om kappen aan te hangen’.
Wie heeft er suikerspin uitgevonden?
Suikerspin heeft onzekere oorsprong, lijkt het om geboren te worden in Europa in de 18e eeuw. De uitvinders van de machine voor suikerspin zijn de tandarts William Morrison en John C. Wharton banketbakker, van oorsprong uit Nashville, Tennessee, die de machine om het te produceren in 1897.
Wie heeft de kapstok uitgevonden?
Maar wie de kapstok heeft uitgevonden weet eigenlijk niemand zeker. Er wordt gezegd dat Thomas Jefferson de uitvinder van de kapstok is. Later zou hij de grondwet van de Verenigde Staten schrijven en de derde president van dat land worden. Vroeger bewaarden de meeste mensen hun kleding in houten kisten.
Wat is een kapstok?
m. (-ken), lat, plank met knoppen, om er kledingstukken aan op te hangen; ook als een staand meubel met haken of armen, jassenboom; ook een enkele haak om kledingstukken aan op te hangen; — (zegsw.)