Inhoudsopgave
Welke behandeling bij angststoornissen?
De behandeling die over het algemeen de voorkeur heeft bij angststoornissen is cognitieve gedragstherapie. Tijdens cognitieve gedragstherapie praat de behandelaar met je over jouw klachten, de mogelijke oorzaken, de situaties waarin je angst en paniek voelt en de gedachten die je daarbij hebt.
Welke fases heeft COPD?
Op basis van de kracht van uw ademhaling wordt u ingedeeld in een van de vier stadia: GOLD 1 (lichte COPD), GOLD 2 (matige COPD), GOLD 3 (ernstige COPD) of GOLD 4 (zeer ernstige COPD).
Welke behandelingen zijn er voor COPD?
Een bronchoscopische behandeling is een behandeling die de hoeveelheid lucht in de longen die u niet gebruikt, het restvolume, kleiner maakt. Daardoor wordt het longvolume dat u kunt gebruiken groter en gaat ademen beter. Het is een behandeling om klachten te verminderen en kwaliteit van leven te verbeteren.
Wat hebben depressie en angst bij COPD?
Depressie en angst bij COPD patiënten hebben belangrijke klinische gevolgen: geeft minder therapietrouw, frequentere- en langere opnamen, vaker naar huisarts, slechtere levenskwaliteit, vroegtijdig overlijden, verminderd fysiek functioneren met max18%, geven vaker aan niet gereanimeerd te willen worden.
Wat is de behandeling van COPD?
COPD wordt in de eerste plaats behandeld met luchtwegverwijders: anticholinergica of beta-agonisten. Bij milde COPD volstaan soms kortwerkende luchtwegverwijders, die gebruikt kunnen worden bij klachten. Soms worden inhalatiecorticosteroïden toegevoegd aan de behandeling.
Wat is de verzamelnaam COPD?
COPD is een verzamelnaam voor chronische bronchitis en longemfyseem. Meestal hebben patiënten met COPD chronische bronchitis en emfyseem, waarbij één van de twee aandoeningen dominant kan zijn. Bij chronische bronchitis zijn de bronchiën – dat zijn de kleinere luchtwegen in de longen – aanhoudend ontstoken.
Hoe krijg je extra zuurstof bij COPD?
Mensen met een ernstige vorm van COPD kunnen zuurstoftherapie nodig hebben. Die extra zuurstof krijgen ze via een neusbrilletje en komt onder meer terecht bij de hersenen, spieren en organen. Zo hoeven het hart en de longen wat minder hard te werken. De arts bekijkt hoeveel zuurstof er nodig is en voor hoe lang.