Inhoudsopgave
Hoe heet de wol van een lama?
Soorten | Gemiddelde vezeldiameter, in micron: |
---|---|
Vigogne | 10 tot 12 micron; |
Merinos | 12 tot 22 micron; |
Kasjmiergeit | 15 tot 19 micron; |
Alpaca | 12 tot 30 micron; |
Hoe wordt een lama ook wel genoemd?
De lama soms ook schaapkameel genoemd, is een Zuid-Amerikaans hoefdier uit de familie van de kameelachtigen. Hij komt vooral in Zuid-Amerika voor en het meest in Bolivia. De lama wordt in Zuid-Amerika traditioneel gebruikt als lastdier en wol-leverancier.
Hoe noem je een baby lama?
Een pasgeboren lama of alpaca noemen we cria. Een vrouwtjeslama of alpaca die boos is, spuugt naar een indringer. Ze doet dat alleen naar andere lama’s en alpaca’s en normaal gesproken niet naar mensen.
Wat is het verschil tussen Lamas en alpacas?
Het verschil tussen een lama en een alpaca is goed zichtbaar aan de oren. De alpaca heeft rechte, spitse oren die vrolijk naar buiten staan. De oren van lama’s hebben een kromme vorm. De oren van een lama worden dan ook vaak ‘bananenoren’ genoemd!
Hoe heet een Zuid Amerikaanse lama?
De alpaca (Vicugna pacos) – ook wel berglama genoemd – is een evenhoevig zoogdier uit Zuid-Amerika uit de familie van de kameelachtigen (Camelidae). De wetenschappelijke naam van de soort werd als Camelus pacos in 1758 gepubliceerd door Carl Linnaeus.
Wat is de naam van de lama?
Lama’s nabij San Pedro de Atacama, Chili De lama (Lama glama), soms ook schaapkameel genoemd, is een gedomesticeerd Zuid-Amerikaans hoefdier uit de familie der kameelachtigen (Camelidae). De wetenschappelijke naam van de soort werd als Camelus glama in 1758 gepubliceerd door Carl Linnaeus. De naam “lama” is afkomstig uit het Quechua.
Wanneer wordt de lama gebruikt in Zuid-Amerika?
De lama wordt in Zuid-Amerika traditioneel gebruikt als lastdier en wolleverancier, maar hij wordt hier meer en meer vervangen door de moderne vervoermiddelen en door het schaap als leverancier van wol en vlees. In afgelegen gebieden wordt hij echter nog wel gebruikt.
Wat is de naam Lama glama?
De lama (Lama glama), soms ook schaapkameel genoemd, is een gedomesticeerd Zuid-Amerikaans hoefdier uit de familie der kameelachtigen (Camelidae). De wetenschappelijke naam van de soort werd als Camelus glama in 1758 gepubliceerd door Carl Linnaeus. De naam “lama” is afkomstig uit het Quechua.
Wanneer werd de lama gedomesticeerd?
De lama werd tussen de 4000 en 5000 v.Chr. gedomesticeerd door de Inca’s, die de dieren hielden als lastdier, maar ook voor de wol, het vlees en de mest. De lama is een ideaal lastdier in de bergen: hij kan overleven tot op 4000 meter hoogte en 25 tot 60 kilogram dragen over een afstand van 15 tot 30 kilometer per dag.