Inhoudsopgave
Waar zie je het aantal protonen?
Het atoomnummer van een element aflezen. Hiermee kun je het aantal protonen en elektronen bepalen. Het atoomnummer staat boven het symbool van het element in het vakje. Bijvoorbeeld, boor (B) heeft een atoomnummer 5, wat inhoudt dat het 5 protonen en 5 elektronen heeft.
Wat is de lading van de protonen en elektronen?
Lading: De Protonen en Elektronen bepalen de lading van het atoom. De Neutron heeft geen lading. Protonen hebben een positieve lading (1+), Elektronen hebben een negatieve lading (1-). Atoomnummer: is gelijk aan het aantal protonen. (Tabel 40) Positieve ionen staan elektronen af (+lading).
Wat is de grootte van een proton?
Een proton heeft een lading van +1. De grootte van deze lading is gesteld op één elementair ladingskwantum (aangegeven met e). In Binas-tabel 7A of ScienceData-tabel 1.4 zie je dat één elementair ladingskwantum overeenkomt met 1,60·10 −19 Coulomb. Dit is de kleinste lading die mogelijk is.
Wat zijn protonen en neutronen?
Protonen, neutronen en elektronen zijn de deeltjes waaruit atomen zijn opgebouwd. Protonen en neutronen bevinden zich in de atoomkern. Elektronen bevinden zich in schillen in een elektronenwolk om de atoomkern heen.
Wat is de massa van een elektron?
Elektronen. Elektronen zijn zeer kleine negatieve deeltjes. Ze hebben een massa van 9,11·10 −31 kg. Een elektron heeft dus een veel kleinere massa dan een proton. Een elektron heeft een lading van −1e. De lading van een elektron is precies even groot als die van een proton, maar met een tegengesteld teken.
Hoe bereken je het aantal protonen van het atoom?
Omdat het grootste deel van de atoommassa wordt bepaald door de protonen en neutronen, kun je door het aantal protonen (het atoomnummer) af te trekken van de atoommassa, het aantal neutronen van het atoom berekenen. Bijvoorbeeld: 11 (atoommassa) – 5 (aantal protonen) = 6 (aantal neutronen). Onthoud de formule.
Wat is het atoomnummer van een boor?
Hiermee kun je het aantal protonen en elektronen bepalen. Het atoomnummer staat boven het symbool van het element in het vakje. Bijvoorbeeld, boor (B) heeft een atoomnummer 5, wat inhoudt dat het 5 protonen en 5 elektronen heeft. Bepaal de atoommassa van het element. Dit getal vind je meestal onder het symbool van het atoom.
Hoe kun je het atoomnummer aftrekken?
Trek het atoomnummer af van de atoommassa. Omdat het grootste deel van de atoommassa wordt bepaald door de protonen en neutronen, kun je door het aantal protonen (het atoomnummer) af te trekken van de atoommassa, het aantal neutronen van het atoom berekenen. Bijvoorbeeld: 11 (atoommassa) – 5 (aantal protonen) = 6 (aantal neutronen). 6